
Achteraan in onze kerken staan manden waarin we niet bederfelijke etenswaren en verzorgingsproducten kunnen deponeren voor de armen in eigen streek © Bernadette
ADVENT: 3DE KAARS
Verheugt u in de Heer
Jubel en juich
Komende zondag ontsteken we de derde kaars van de adventskrans.
Deze zondag wordt ook ‘Gaudete’ genoemd, wat ‘Verheugt u!’ betekent.
Een sfeer van blijheid en vreugde spreekt uit de lezingen. “Jubel van vreugde, juich … Verheug u en wees blij met heel uw hart!” horen we de profeet Zefanja in de eerste lezing zeggen. En de apostel Paulus voegt eraan toe: “Verheugt u in de Heer, te allen tijde … Nog eens, verheugt u!”. De vreugde om de komst van de Heer is ook merkbaar in de liturgische kleur. Op deze zondag mag het liturgisch paars zich reeds een beetje mengen met het wit van het licht van Kerstmis.
Vreugde om Gods nabijheid en komst
Bij de derde kaars spreekt de kritische Johannes de Doper ons terug aan.
“Wat moeten wij doen?” vragen de mensen hem. Zijn antwoord is heel eenvoudig en concreet. “Jullie hoeven geen ongewone dingen te doen, maar doe de gewone dingen op een eerlijke en rechtvaardige manier. Draag zorg voor de mensen om je heen en heb oog voor de concrete noden van hulpbehoevende mensen.” Aandacht hebben voor de noden van de zwakkere en de kleinen, rechtvaardig en liefdevol leven …
De prediking van Johannes is helemaal gericht op het ‘doen’. Hij roept ons op om ons geloof niet enkel te belijden op zondag in de kerk, maar om het heel concreet te maken, het te laten uitstralen in ons ‘doen en zijn’, en het vrucht te laten voortbrengen.
Johannes helpt ons zo om de diepere vreugde en dankbaarheid om de onvoorwaardelijke liefde van God voor elk van ons, in ons leven te vinden.
De vreugde van Kerstmis is een grote vreugde
Het kind van Bethlehem, het grootste geschenk van God, wordt geboren in een stal buiten de stad omdat er nergens plaats is voor Hem. Zelf afgewezen, richt God zich toch vol liefde tot ons. In een wereld die door mensen soms zo donker en duister kan gemaakt worden, breekt Gods licht en liefde door. Hij komt onder en in ons wonen, om aan ons gelijk te zijn en opdat wij op Hem zouden gelijken. God wijst niemand af; alles wat zijn kinderen meemaken en beleven is voor Hem belangrijk. Hij vraagt ons alleen maar om met Hem herboren te worden en ons hart voor Hem te openen, zodat wij kunnen leven vanuit Zijn liefde.
God kwam in een weerloos kind.
In het weerloze kind in de kribbe van Bethlehem zien wij de miljoenen kinderen in onze wereld die wenen onder het geweld van oorlog, natuurrampen en conflicten, van armoede en het gebrek aan kansen tot een volwaardig leven … Dit is voor ons een duidelijke oproep om aandacht en liefde te hebben voor de kleinen en de zwakken rondom ons. Dit kunnen wij, in deze adventstijd, door open te staan voor de actie Welzijnszorg (collecte op 14 en 15 december), het initiatief ‘Soep op de stoep’ te steunen, en door onze bijdrage (niet bederfelijke etenswaren en verzorgingsproducten) in de manden (achteraan in onze kerken) ten voordelen van de kansarmen in onze eigen streek.
Gebed bij de derde kaars
Help mij waakzaam blijven, God,
op elk uur van de dag
en elk uur van de nacht.
Laat mij de deur van mijn leven
wagenwijd voor U open stellen,
als ik U mag ontmoeten
in het gekwetste hart van een broer of een zus.
Schud mij wakker als het oppervlakkige
in onze samenleving mij in slaap heeft gesust.
Open dan mijn ogen en
geef mij de durf mijn leven
te delen met armen en kleinen.
Misschien dat U met Kerstmis
dan ook in mijn hart
mens wilt worden.
(Erwin Roosen. Uit: Liefde maakt je mooi.)
Bernadette