Hemelvaart van de Heer
Hemelvaartsdag, een vrije dag midden in de week, is een uitgelezen kans om een fietstochtje te maken. In dit jubeljaar zou dit bij voorbeeld kunnen gaan naar een pelgrimsplaats in ons eigen dekenaat. Bij een eerste bezoek zijn veel mensen verrast, omdat ze niet wisten dat zo’n sprekende plaats zo dichtbij was.
Bergenkruis
Deze plaats ligt in Destelbergen, achter kasteel Succa, langs een mooie laan, waar geen auto’s rijden. Hemelvaart is de dag bij uitstek van deze stille plaats. Honderden mensen passeren er op die dag om er wat te vertoeven of een kaarsje aan te steken met een intentie. Om 16.00 u. is er een eucharistieviering in openlucht, waarbij de hoge bomen zachtjes ruisen boven de hoofden.
‘Bergenkruis’ is de naam van deze mooi plek midden in het groen. Het sierlijke kruis en de veertien staties eromheen zijn de voorstelling van wat is gebeurd op Goede Vrijdag. De Heer Jezus werd door de mensen verworpen, veroordeeld en gedood. Op deze wandaad van de mensen kwamen van godswege drie antwoorden. Het eerste was Pasen, Jezus’ opwekking uit de dood, het tweede was de hemelvaart, de verhoging van Jezus aan Gods rechterhand, het derde de uitstorting van de heilige Geest.
Het credo
Sommige gelovigen valt het moeilijk zich bij dit tweede antwoord, de hemelvaart van Jezus, iets voor te stellen. Onze geloofsbelijdenis geeft echter een hint die helpt om de betekenis ervan te vatten. Zij zegt: “hij zit aan de rechterhand van God, zijn almachtige Vader”.
De rechterhand van God, dit is natuurlijk niet letterlijk te nemen. God is niet lichamelijk en heeft dus geen rechterhand. Het is een beeld uit onze wereld om iets te zeggen over God. Zonder beelden kunnen wij niet spreken over Hem. ‘Zitten aan de rechterhand’ wil bij ons zeggen: zitten op de ereplaats.
Het credo belijdt: de gestorven en ten leven gewekte Jezus is overgegaan van de plaats waar wij zijn naar de plaats waar God is. Misschien al te eenvoudig gezegd, Hij is van plaats verwisseld; vanuit onze wereld is Hij overgegaan naar Gods wereld. Daar bekleedt Hij de ereplaats.
Rechterhand
Maar er is nog meer! Waarom spreekt de geloofsbelijdenis over die nieuwe plaats van Jezus als de rechterhand van God? Wat is een hand, een rechterhand? Onze handen zijn de ledematen waarmee wij werken, waarmee wij de wereld hanteren, waarmee wij alles kunnen doen. Ze zijn de instrumenten van onze macht.
Gods rechterhand is de hand waarmee Hij te werk gaat, de macht waarmee Hij alles gemaakt heeft en alles in standhoudt. Dit is de belijdenis van het geloof: de macht waarmee Hij alles bestuurt, heeft God overgedragen aan de verrezen Jezus. Die vernederde, door de mensen verworpen Jezus heeft alle macht ontvangen! De verrezen Jezus is niet alleen uit de dood gered, Hij is bekleed met heerschappij.
In de parabel van de verloren zoon zegt de vader op het einde tot de oudste zoon: “alles wat van mij is, is van u”. Dat is wat de hemelse Vader zegt tot Jezus in de hemelvaart: alles wat van Mij is, is van U. Of zoals Paulus in de tweede lezing zegt vandaag: Hij is gesteld “hoog boven alle heerschappijen, machten en krachten en hoogheden”.
In de wereld zijn er vele hoogheden en machten die ons regeren. Maar sterker dan al die machten is de macht van Hem die Gods almacht heeft ontvangen. Hoeveel machten er ook zijn die ons overheersen – de politieke machten, de economische en financiële machten, de machten van media en reclame – de enige machthebber die het credo kent, is Hij die zit aan Gods rechterhand. Hoeveel geluk en heil al de hoogheden van de wereld ons ook beloven, het ware geluk is alleen te verwachten van Hem die uit de dood is opgestaan en ten hemel opgenomen.
Waar is dit te zien?
Jezus, verheven tot Heer boven alle machten, dat is de belijdenis van dit feest. Maar waar in de wereld is deze heerschappij van Jezus te zien? Zij is nog maar weinig te zien. Zij is te zien in al die mensen die leven uit Gods liefde. Zij is te zien in al diegenen die hun handen inzetten om zijn koninkrijk op te bouwen, in al die handen die zich engageren om de wereld op te bouwen in liefde en gerechtigheid.
Niet toevallig is Hemelvaartsdag het feest van de christelijke arbeiders, het feest van diegenen die hun handen willen uitsteken om Jezus’ koningschap zichtbaar te maken. Rerum Novarum heten zij hun feest, wat wil zeggen: van een nieuwe wereld.
Deze maand was het vormsel van de twaalfjarigen. Het zouden ook hun handen kunnen zijn. Zich laten vormen wil precies zeggen zich engageren om een dienst voor God en de mensen te vervullen. Daartoe werd hun door de vormheer de handen opgelegd en ontvingen zij de Heilige Geest. Mochten zij - en mochten wij - in staat zijn, met zijn kracht in dienst te staan van de ene, ware Heer.
Jos Verstraeten